De
meesters treden naar buiten door de
meester , via Benjamin Creme
De voorhoede van de meesters, in hun verschillende steden
en brandpunten, maakt zich gereed om het wereldtoneel direct openlijk te betreden. De tijd
is aangebroken voor hun erkende deelname aan de aangelegenheden van de mensen. Zij weten
ook dat hun taak niet gemakkelijk is. Iedere meester is een mens, maar is de menselijke
staat van bewustzijn met zijn beperkingen en illusies al lang ontgroeid. Zij begrijpen
goed welk lijden deze beperkingen en illusies de mensen opleggen en trachten op alle
manieren hun lot te verlichten; tijdens hun lange verblijf op het Pad als gewone mensen
hebben zij hetzelfde lijden evenzeer goed gekend en intens gevoeld.
Maar nu moeten zij als gelijken met de mensen werken en
samen de ontelbare problemen aanpakken die hun leven bestoken. Dit moeten zij doen op een
zodanige wijze dat de vrije wil van de mens niet wordt aangetast: met de steun en de zegen
van hun energie en inzicht voor elk voorzichtig plan dat door de mensheid zelf wordt
aangedragen. Zij zien de uitdaging van deze onderneming met enthousiasme tegemoet, vast
overtuigd van haar uiteindelijk succes.
Geboorterecht
Wanneer de mensen hun Oudere Broeders zien, zullen zij ook
hun geboorterecht zien, getuige zijn van hun goddelijke erfenis. Ieder mens is een meester
in wording. Er is niets wat Wij hebben of kennen dat niet op een dag door iedereen bereikt
zal worden; wij zijn een voorbode van jullie zelf.
Op deze manier kunnen wij als licht fungeren om jullie de
weg te wijzen en om menige foute stap of verkeerde afslag te voorkomen.
De tijd is nu voor ons allen aangebroken dat mensen en
meesters elkaar ontmoeten en beginnen aan hun gemeenschappelijke taak de
transformatie en het herstel van de wereld.
Dienstbaarheid
Of de mens het nu weet of niet, Wij, jullie Oudere
Broeders, staan al lange tijd tot jullie dienst. Er is weinig in het veelkleurige weefsel
van de menselijke ervaring dat niet de zorgzame hand van onze Broederschap heeft gevoeld.
Er is weinig in de lange geschiedenis van de menselijke ontdekkingen en prestaties dat
niets te danken heeft aan onze bezieling en leiding. Zo hebben wij getracht te onderwijzen
en te beschermen, tot aan de tijd dat de mens het Pad alleen kan afleggen.
Van nu af aan zullen we, openlijk, in jullie midden werken
om met jullie de nieuwe beschaving te scheppen, en jullie daarbij de voordelen van onze
lange ervaring schenken. Bijgevolg kan deze, onze gezamenlijke inspanning veel tijd en
verdriet besparen.
Eerst zullen jullie onze meester, Maitreya, de Grote Heer,
zien. Dan zullen wij onszelf bekendmaken, één voor één, totdat de hele voorhoede bij
naam gekend wordt. Geleidelijk, naarmate de omstandigheden dat toelaten, zullen nog meer
van Onze Broeders bijdragen aan het werk van steun, de redding van een planeet, het
herstel van het Plan. |