Bekentenissen van een economisch huurmoordenaar
interview met John Perkins door Cher Gilmore

John Perkins, Amerikaanse schrijver van de bestseller Bekentenissen van een Economisch Huurmoordenaar, werkte van 1971-1980 voor het internationale adviesbureau Charles T. Main Inc. Vervolgens richtte hij Independent Power Systems Inc. op, een commercieel bedrijf dat liet zien dat je in energiecentrales kolen kunt verbranden zonder zure regen te produceren. Perkins richtte ook het non-profit Dream Change Coalition op en was medeoprichter van de Pachamama Alliance, het Eco-Ethics Institute, en andere non-profit maatschappijen met de bedoeling een bewustzijnsverandering tot stand te brengen en inheemse volkeren te helpen het regenwoud te behoeden voor aantasting door oliemaatschappijen.
De toon en inhoud van zijn boek worden gezet door de eerste alinea van het voorwoord: “Economische huurmoordenaars (EHMs) zijn zeer goed betaalde deskundigen die landen over de hele wereld biljoenen dollars afhandig maken. Zij sluizen geld van de Wereldbank, het Amerikaanse Agentschap voor Internationale Ontwikkeling (USAID) en andere buitenlandse ‘hulp’-organisaties naar de schatkist van grote ondernemingen en naar de zakken van enkele rijke families die de hulpbronnen van de planeet beheren. Tot hun werkwijzen behoren frauduleuze financiële verslagen, gemanipuleerde verkiezingen, steekpenningen, afpersing, seks en moord. Ze spelen een spel dat zo oud is als de wereld, maar dat in deze tijd van globalisering nieuwe en angstaanjagende dimensies heeft aangenomen. Ik kan het weten; ik was een EHM.”

Share International: Hoe werkt het systeem van ‘economisch huurmoordenaars’ (EHM)?
John Perkins: In wezen draait ons werk om het creëren van een wereldrijk en we zijn erin geslaagd het eerste werkelijk wereldomvattende rijk in de wereldgeschiedenis op te bouwen. We hebben dit grotendeels zonder het militaire apparaat tot stand gebracht en het unieke aan dit rijk is dat er geen keizer of koning is. In plaats daarvan hebben we wat ik een “corporatocratie” noem — een groep mannen en een paar vrouwen die onze grootste ondernemingen, onze banken en onze regering leiden.
We hebben dit wereldrijk met vele verschillende methoden opgebouwd, maar de meest gebruikelijke manier is wellicht het identificeren van een ontwikkelingsland met door ons gewilde hulpbronnen zoals olie. Vervolgens zorgen we voor een grote lening van de Wereldbank of van haar zusterorganisaties aan dat land. Het grootste deel van de lening gaat direct naar Amerikaanse ondernemingen, bekende namen waarvan velen wel gehoord hebben, zoals Bechtel, Halliburton, Stone & Webster, om grote infrastructuurprojecten te bouwen, zoals energiecentrales, havens, industrieparken en andere projecten die ten goede komen aan de rijken in die landen. Het land blijft dan zitten met een enorme schuld, zo groot dat het deze onmogelijk kan terugbetalen. Op een gegeven moment gaan de economische huurmoordenaars terug en zeggen: “Kijk, je bent ons veel geld schuldig, je kunt je schulden niet aflossen, geef ons daarom het volle pond. Verkoop jullie olie heel goedkoop aan onze oliemaatschappijen of laat ons militaire bases op jullie grondgebied bouwen, of stem bij de volgende cruciale stemming in de VN met ons mee, of stuur je troepen naar Irak of iets anders waar we graag jullie steun bij hebben.” Dat soort dingen. Met dat proces zijn we erin geslaagd dit verbazingwekkende rijk te bouwen.

SI: Wat was de relatie tussen corporatocratie en terrorisme toen u een EHM was in Saoedi-Arabië?
JP: In het begin van de jaren zeventig bracht de OPEC (Organisatie van Olieproducerende landen) ons feitelijk op de knieën door het dichtdraaien van de oliekraan. Er stonden rijen auto’s te wachten bij de tankstations en we vreesden een nieuwe depressie als die van 1929. Het ministerie van Financiën benaderde mij en andere EHMs en zei: “We kunnen ons niet door de OPEC laten gijzelen. Jullie moeten een plan bedenken om herhaling te voorkomen.” We wisten dat de sleutel van elk plan in die richting Saoedi-Arabië moest zijn, omdat zij meer olie hadden dan wie ook en in wezen het aanbod konden bepalen. Hier komt bij dat hun koninklijke familie, het Huis van Saud, omkoopbaar was. Dus gingen we naar Saoedi-Arabië en om een lang verhaal kort te maken: we maakten een deal waarbij het koninklijk huis toezegde het merendeel van de inkomsten uit olie over de hele wereld naar de VS te sturen om in overheidsobligaties te investeren. De rente van deze obligaties zou door het Amerikaanse ministerie van Financiën gebruikt worden om Amerikaanse ondernemingen in te huren om Saoedi-Arabië naar Westers model op te bouwen – ontziltingscentrales, snelwegen, havens, energiecentrales en hele steden in de woestijn. Daarom is Saoedi-Arabië vandaag de dag een zeer verwesterd land.

Onderdeel van de deal was ook dat het Huis van Saud de olieprijs binnen voor ons aanvaardbare grenzen zou houden en wij het Huis van Saud aan de macht zouden houden zolang zij zich aan de afspraak hielden. Dit alles heeft tot op de dag van vandaag stand gehouden en gewerkt. Maar het heeft ook wat de CIA blowback noemt, veroorzaakt. Dit is een CIA term voor een geheime handeling die succesvol lijkt, maar een aantal ernstige onvoorziene gevolgen heeft. Er is enorme woede, gericht op het Huis van Saud, in de islamitische wereld vanwege wat er in Saoedi-Arabië is gebeurd, omdat moslims niet blij zijn dat hun heiligste steden, Mekka en Medina, omgeven worden door verwesterde steden, petrochemische industrieën en McDonalds. Op dit moment is het Huis van Saud heel wankel. Er zijn veel moordaanslagen in het land geweest, veel geweld. Er is veel onvrede, hoge werkloosheid. Olie is, zoals in zoveel andere gebieden, voor de meeste mensen geen voordeel maar eerder een vloek. Dit alles heeft bijgedragen aan het ontstaan van een enorme hoeveelheid woede in de moslimwereld, wat weer direct en indirect geleid heeft tot al-Qa’ida en andere terroristische bewegingen.

SI: Wat denkt u dat er nu verder in het Midden-Oosten gaat gebeuren?
JP: Ik denk dat we in het Midden-Oosten een hele gevaarlijke, instabiele toestand hebben geschapen — en dan bedoel ik ook geschapen. En natuurlijk is een van de redenen dat we dit gedaan hebben omdat we ook China, Japan en Korea willen beheersen. Zij krijgen veel van hun olie uit het Midden-Oosten. Wij zijn niet zo afhankelijk van het Midden-Oosten voor onze olie, maar zij wel. Daarom was dat onderdeel van ons beleid. We zouden heel graag de olie van Iran, Irak, Syrië, Saoedi-Arabië en Koeweit beheersen, maar door ons eigen toedoen zijn we in dit moeras in Irak beland, waardoor we nu zelfs veel meer woede over ons hebben afgeroepen dan ten tijde van 11 september. Er is nu een enorme groep terroristen in Irak, van wie vele niet Irakees zijn. Als de regering de recente verkiezingen kan gebruiken als excuus om Irak te verlaten, wat gaat er dan gebeuren met al die terroristen die zijn gekweekt en getraind en vol woede zitten? Waar zullen ze heen gaan?

SI: U heeft opgemerkt dat alle wereldrijken uiteindelijk ten onder gaan en dat een nieuw rijk de plaats van het stervende rijk inneemt. Maar u heeft ook een andere mogelijkheid geopperd — dat we wakker kunnen worden en werkelijk kunnen beginnen de hulpbronnen van de wereld te delen met alle mensen. Wat is er nodig om ons wakker te schudden voordat het te laat is?
JP: We zijn wakker aan het worden. Wanneer we ons hart volgen zijn we wakker. Toen ik economisch huurmoordenaar was, wist ik in mijn hart dat wat ik deed verkeerd was, maar door te rationaliseren, door het inkijken van boeken over economie en rapporten bij de Wereldbank kon ik mijzelf ervan overtuigen dat ik het juiste deed. We zijn nu in het stadium waarin de meeste Amerikanen en de meeste mensen in de wereld diep bezorgd zijn door wat er gaande is en in ons hart weten we echt wel dat we moeten veranderen. Maar het komt ons goed uit om onszelf van het tegendeel te overtuigen. Alle gegevens zijn erop gericht om ons van het tegendeel te overtuigen, maar we zijn bang dat ons leven minder comfortabel zal zijn als we veranderingen aanbrengen. Maar ik geloof niet dat dit zo is. Ik denk dat ons leven veel beter zal worden, op een andere manier. Daarom is het misschien nodig dat we ons hart veel verder openen en dat we luisteren naar wat dit ons te zeggen heeft.

SI: Ziet u enige tekenen dat de structuren van het wereldrijk afbrokkelen?
JP: Ja, ik zie heel veel tekenen dat dit rijk enorme scheuren aan het ontwikkelen is. In 1997 ondergingen de “Aziatische tijgers” een economische ineenstorting die veel te maken had met het beleid van het IMF en de Wereldbank, en nu schuiven ze voorzichtig in de richting van China, Japan en zelfs Korea. Er lijkt zich een nieuwe Aziatische alliantie te ontwikkelen die zich in zekere zin tegen ons keert. We zien dit ook in Zuid-Amerika. In de zes meest recente verkiezingen daar, in Chili, Brazilië, Argentinië, Uruguay, Venezuela en Ecuador, kozen al deze landen leiders die kandidaat waren op een platform dat zich in wezen tegen het wereldrijk keert.

Zelfs in de Atlantische Alliantie, die tijdens de Koude Oorlog zeer sterk was, zien we enorme kloven. Wat het meest opvalt is hoe de Fransen zich tot ons verhouden, maar in wezen verzetten de Duitsers zich ook tegen ons. Ook de Europese Unie en de opkomst van de euro zijn tekenen dat het wereldrijk barsten vertoont.
Over de hele wereld zien we heel sterke, sociale bewegingen. Ik ben juist teruggekomen van het Sociale Wereldforum in Porto Alegre (Brazilië). Het was een verbazingwekkende bijeenkomst van 155.000 mensen, die zich allemaal grote zorgen maken over het wereldrijk. In de VS zien we de economie instorten. Er zijn enorme scheuren in het systeem, allemaal aanwijzingen dat het begint in te storten. Dit is precies waarom de mensen in de corporatocratie een heel sterke machohouding aannemen.

SI: Bent u van mening dat een Marshall-plan voor de armste gebieden van de wereld een goede manier is om terug te keren op onze destructieve schreden?
JP: Een Marshall-plan, de Wereldbank, de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank, de Aziatische Ontwikkelingsbank hebben allemaal de zaden van een werkelijke verandering in zich — van een stralende toekomst, als je het zo wilt noemen. Alle systemen om de wereld met mededogen te benaderen en de grootste problemen van de wereld op te lossen, zijn voor handen. Dagelijks sterven 24.000 mensen van honger; 30.000 kinderen sterven door gebrek aan medicijnen. Het is onnodig. Hun gezin en de mensen om hen heen zijn erg boos en ze weten wat er aan de hand is, niet alleen omdat het systeem faalt bij het oplossen van deze problemen, maar ook omdat we in die landen de factoren verspreiden die de problemen veroorzaken. Maar deze banken, en dat geldt ook voor onze grootste ondernemingen, zouden ze kunnen oplossen.

Stel je voor dat het Amerikaanse volk van zich zou laten horen en zou eisen dat Coca Cola, Nike en McDonalds garanderen dat niemand in de wereld ooit gebrek heeft aan water, kleding of voedsel. Deze organisaties kunnen dat. Ze beschikken over de middelen. Als zij zich daarvoor inzetten, moeten hun concurrenten wel hetzelfde doen.
Het wereldrijk dat we gecreëerd hebben, kent een uniek aspect. Het is tot stand gebracht door een land dat zeer hoge idealen en morele waarden heeft, en over mensen met compassie beschikt die geloven in een regering van het volk, voor het volk en door het volk. Ze geloven dat iedereen het recht heeft op leven, vrijheid en het streven naar geluk. Dit staat geschreven in onze meest geheiligde teksten. In plaats daarvan hebben we een regering van ondernemingen, door ondernemingen en voor ondernemingen gekregen. We hebben systemen gecreëerd die zich uitstrekken tot aan de verste uithoeken van de planeet, maar ik denk dat juist daarin ook de hoop ligt. Een Marshall-plan voor de hele wereld of het inzetten van de Wereldbank of het IMF om de hele wereld een hand toe te steken, dat zijn heel duidelijke mogelijkheden. Uiteindelijk zou dat het resultaat van 11 september kunnen zijn. Misschien kost het ons een paar jaar, maar uiteindelijk zullen we begrijpen dat we ons hart, onze ziel en onze geest moeten inzetten om dit soort problemen op te lossen.

SI: Wat bracht u ertoe het boek te schrijven?
JP: Na 11 september ben ik naar Ground Zero gegaan. Ik heb daar gestaan en naar die verschrikkelijke verwoesting gekeken. Toen wist ik dat ik, ondanks alle beloften die ik had gedaan om het verhaal niet te vertellen, het toch moest doen. Daar waren verschillende redenen voor, maar een van de meest dwingende was wel mijn dochter, die nu 22 jaar is. De enige manier waarop ik een betere wereld voor haar kan maken is door me te concentreren op het wegnemen van de diepste oorzaken die ten grondslag liggen aan de woede, de haat en het lijden in de wereld. Veiligheidsbeambten op vliegvelden en legers vergroten onze veiligheid niet. Het enige wat ons veiliger kan maken is als we iedereen in de wereld werkelijk helpen samen te komen en in staat stellen liefde, voorspoed en vrede tot stand te brengen.

John Perkins, Confessions of an Economic Hitman. Uitg. Berrett-Koehler, San Francisco, 2004. Voor meer informatie: www.johnperkins.org.

Cher Gilmore is Share International-medewerker in Los Angeles, VS.